De
al ruim drie jaar durende oorlog in Jemen stort de bevolking van het
land in steeds grotere ellende. Ondanks hoopvolle berichten
over aankomende vredesonderhandelingen, laaien recent de gevechten
op tussen de Houthi-rebellen en de door Saoedi-Arabië geleide
coalitie, die de regeringstroepen steunt. Beide kanten maken zich
schuldig aan oorlogsmisdaden, zo blijkt uit onderzoek
van de Verenigde Naties. Eind oktober waarschuwden
dezelfde Verenigde Naties dat een ongekende hongersnood de helft van
de bevolking, 14 miljoen mensen, bedreigt.
Terwijl
al sinds het begin van de oorlog een internationaal wapenembargo
tegen de Houthi's van kracht is, blijven westerse landen hardnekkig
op grote schaal wapens leveren aan Saoedi-Arabië en andere landen in
de coalitie, met name de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en
Egypte. De Verenigde Staten, die ook militaire steun aan de coalitie
verlenen, lopen hierin voorop, gevolgd door diverse Europese landen.
Uit een recent gepubliceerd jaarlijks EU-rapport
over wapenexporten, blijkt dat in 2017 voor ongeveer 4 miljard euro
aan Europese wapens naar het Saoedische koninkrijk is gegaan.
Afgegeven
vergunningen wapenexport naar Saoedi-Arabië (2017)
|
||
Land
|
Aantal
vergunningen
|
Waarde
(miljoen euro)
|
Frankrijk
|
-*
|
1381,60*
|
Verenigd
Koninkrijk
|
144
|
1280,38
|
Spanje
|
27
|
496,26
|
Bulgarije
|
40
|
385,24
|
Duitsland
|
132
|
254,46
|
België
|
8
|
152,70
|
Italië
|
12
|
51,90
|
Kroatië
|
7
|
48,09
|
Slowakije
|
3
|
19,73
|
Tsjechië
|
9
|
17,61
|
Roemenië
|
1
|
5,35
|
Polen,
Finland, Oostenrijk, Zweden*, Portugal, Denemarken, Hongarije
|
33
|
Minder
dan 5 miljoen per land
|
Totaal
|
416**
|
4101,36
|
Bron:
Council of the European Union, Twentieth Annual Report according
to Article 8(2) of Council Common Position 2008/944/CFSP defining
common rules governing the control of exports of military
technology and equipment, November 2018 / * Frankrijk en Zweden:
opgegeven waarde van uitvoer van wapens naar Saoedi-Arabië in
2017; door een ernstig afwijkend systeem qua opgave van afgegeven
vergunningen is de opgave van Frankrijk niet vergelijkbaar met
die van andere EU-lidstaten, Zweden heeft geen waarde afgegeven
vergunnningen opgegeven / ** Muv Frankrijk
|
In
veel van de wapens leverende landen roepen activisten op tot een
wapenembargo tegen Saoedi-Arabië en is het een terugkerend thema in
politiek debat. De moord
op de kritische journalist Khashoggi in het Saoedische consulaat in
Turkije begin oktober gaf een nieuwe slinger aan deze discussie.
De
Nederlandse Tweede Kamer nam de afgelopen maanden moties aan waarin
de regering werd opgeroepen zowel binnen
de EU als binnen
de VN, waar Nederland een tijdelijke zetel in de Veiligheidsraad
inneemt, te pleiten voor een wapenembargo. Minister Blok van
Buitenlandse Zaken deed dit vervolgens met tegenzin,
maar ving volgens verwachting
bot. Ook een herhaalde oproep
van het Europees Parlement, dat hierover zelf niet kan beslissen, aan
de Raad van de EU om een embargo in te stellen leverde geen resultaat
op.
Veel
medestanders lijkt Nederland binnen de EU niet te hebben. Alleen
Duitsland en Denemarken lijken bereid te zijn stappen te zetten.
Duitsland
besloot, in de nasleep van de moord op Khashoggi, voorlopig geen
wapens aan Saoedi-Arabië te leveren. In het regeerakkoord van
CDU/CSU en SPD was ook al opgenomen dat er geen wapens meer geleverd
zouden worden aan landen die betrokken zijn bij de oorlog in Jemen,
maar vervolgens werd de wapenexport naar deze landen juist opgevoerd.
Naast het niet afgeven van nieuwe exportvergunningen riep de Duitse
regering wapenbedrijven nu op leveranties onder eerder verstrekte
vergunningen op te schorten. Ook Denemarken
maakte deze week bekend geen wapens meer aan de Saudi's te leveren.
Niet-EU-lid Noorwegen, dat zich wel aangesloten heeft bij de criteria
van het Gezamenlijk
Standpunt Wapenexport van de EU, kondigde
eveneens aan het verstrekken van nieuwe wapenexportvergunningen voor
Saoedi-Arabië op te schorten.
Duitsland,
Denemarken en Noorwegen gaan daarmee in eigen beleid verder dan de
Nederlandse regering. Deze wijst een eigen wapenembargo af, daarin
gesteund door een Kamermeerderheid die herhaaldelijk moties van die
strekking wegstemde.
Sinds begin 2016 voert Nederland weliswaar een terughoudend
beleid, waardoor in principe geen vergunningen voor wapenexport
naar Saoedi-Arabië worden afgegeven, maar dit is niet sluitend.
Zowel niet-vergunningplichtige goederen, zoals
SOTAS-communicatieapparatuur
van Thales voor Saoedische tanks en wapenonderdelen
die via assemblage in Amerikaanse wapensystemen uiteindelijk naar
Saoedi-Arabië gaan, ontspringen de dans. Stop Wapenhandel pleit, in
een gezamenlijke
brief met PAX, Oxfam Novib en Amnesty International, dan ook
wederom voor een eigen volledig wapenembargo.
In
veel andere EU-landen voert economisch eigenbelang intussen
onbeschaamd de boventoon. Vanwege grootschalige wapenexport naar
en/of andere economische betrekkingen met Saoedi-Arabië, knijpt men
liever een oogje dicht ten aanzien van de Saoedische rol in de
afschuwelijke oorlog in Jemen en de interne repressie en
mensenrechtenschendingen.
In
het Verenigd Koninkrijk voert de Campaign Against Arms Trade al jaren
een felle
campagne tegen wapenhandel met Saoedi-Arabië. De conservatieve
regering ontkent
of negeert echter stoïcijns de Saoedische oorlogsmisdaden in Jemen
en laat de wapenexport naar het land alleen maar verder oplopen.
Hofleverancier is wapengigant BAE Systems, dat de Saoedische
krijgsmacht voorziet van onder meer gevechtsvliegtuigen en raketten
en al net zo grif de handen
in onschuld wast.
Minister
van Buitenlandse Zaken Jeremy Hunt verantwoordt
dit beleid met een beroep op de strategische relatie met
Saoedi-Arabië, de belangrijkste bondgenoot van het Verenigd
Koninkrijk in het Midden-Oosten. Zijn voorganger, Boris Johnson, was
een fanatiek voorstander van wapenexport naar Saoedi-Arabië, evenals
voormalig premier David Cameron. Deze prees,
enkele uren nadat het Europees Parlement voor het eerst opriep tot
een wapenembargo tegen Saoedi-Arabië in februari 2016, de
wapenleveranties van BAE aan het land de hemel in en kondigde meer
exporten aan, om “banen en vaardigheden en investeringen” te
beschermen.
Behoud
van werkgelegenheid is ook de grond waarop de Waalse
regering zich beroept. Saoedi-Arabië is de belangrijkste klant
van de Waalse wapenindustrie, met name van staatsbedrijf FN Herstal,
dat vooral vuurwapens
produceert. Oktober vorig jaar werden 25 vergunningen voor
wapenexporten naar Saoedi-Arabië afgegeven,
met een totale waarde van 1,8 miljard euro.
In
België is het wapenexportbeleid een bevoegdheid van de gewesten.
Opmerkelijk genoeg riepen zowel de federale
Kamer als federaal minister van Ontwikkelingssamenwerking
Alexander
de Croo eerder al op tot een wapenembargo van de gewesten tegen
Saoedi-Arabië, terwijl Vlaanderen een beleid voert dat veel lijkt op
dat van de Nederlandse regering en de Waalse houding bekritiseerde.
In
Spanje blijkt een beroep op behoud van werkgelegenheid ook aan het
langste eind te trekken. Begin september zette
de Spaanse regering een grote wapenleverantie van 400 lasergeleide
bommen naar Saoedi-Arabië stil vanwege de oorlog in Jemen. Een week
later kwam het hier echter op terug en gaf alsnog toestemming
om de wapens, onder een contract uit 2015, te leveren. Vanwege de
precisie van de wapens was er volgens de regering toch geen probleem,
zelfs niet bij gebruik in Jemen. Economische overwegingen - de angst
dat Saoedi-Arabië een andere grote wapendeal, voor de levering van
vijf oorlogsschepen door staatsscheepswerf Navantia, zou afblazen
en daaropvolgende protesten
van werknemers van dit bedrijf - lijken echter een belangrijkere
reden voor deze snelle ommekeer te zijn geweest. Twee maanden later
werd het definitieve contract met Navantia
inderdaad getekend, nadat het Spaanse parlement kort daarvoor
expliciet tegen een wapenembargo tegen Saoedi-Arabië had gestemd.
Frankrijk,
naast het Verenigd Koninkrijk de belangrijkste Europese
wapenleverancier voor Saoedi-Arabië, is eveneens niet van plan
wapenhandel met het land te stoppen. Premier Emmanuel Macron weigerde
in eerste instantie zich erover uit te laten, viel daarna uit tegen
landen die wel een wapenembargo willen ('pure
demagogie') en kondigde
vervolgens aan te willen proberen in overleg met Duitsland tot een
gezamenlijk Europees standpunt te komen. Franse wapenbedrijven
leverden de afgelopen jaren onder meer raketten, militaire voertuigen
en radarsystemen aan Saoedi-Arabië. De wapenexport naar landen in de
door Saoedi-Arabië geleide coalitie nam vorig jaar fors
toe.
Zweden,
dat op het moment geen grote wapendeals met Saoedi-Arabië heeft
lopen, loopt vooralsnog ook niet
warm voor een wapenembargo, liet premier Stefan Löfven weten.
Een curieuze houding in het licht van vorig jaar overeengekomen
nieuwe
wetgeving, die wapenhandel naar dictaturen en
mensenrechtenschenders aan banden legt. De ambiguïteit is echter
niet geheel nieuw. In 2015 en 2016 botsten Zweden en Saoedi-Arabië
een aantal malen over zaken als vrouwenrechten en de straf met
zweepslagen voor blogger Raif Badawi. De Zweedse regering besloot een
grote wapendeal met Saoedi-Arabië toen niet
te verlengen. In oktober 2016 bezocht
premier Löfven echter, samen met de CEO van het grootste Zweedse
wapenbedrijf Saab, Saoedi-Arabië in de hoop nieuwe contracten te
kunnen sluiten en diplomatieke strubbelingen glad te strijken.
Veel
andere EU-lidstaten hebben zich (nog) niet uitgesproken over een
eventueel wapenembargo tegen Saoedi-Arabië of zeggen het al dan niet
stopzetten van wapenleveranties aan het land nog in beraad te hebben.
Zo blijft de Italiaanse regering stil over het onderwerp. Wel vroeg
de Italiaanse Minister van Defensie Elisabetta Trenta half september
al binnen de regering om opheldering
over een door de vorige regering besloten wapenverkoop, met de optie
deze te annuleren bij gebleken strijdigheid met de Italiaanse wet.
Ook de meeste Balkanstaten,
die Saoedi-Arabië als belangrijke
klant voor wapens hebben, houden zich op de vlakte.
Een
Europees wapenembargo tegen Saoedi-Arabië lijkt al met al ver weg
door de onwil van grote wapenleveranciers voor dit land. Geld spreekt
luider dan mensenlevens en mensenrechten. Hoe verwerpelijk deze
houding van diverse lidstaten ook is, andere landen, zoals Nederland,
mogen zich hier niet achter verschuilen. Het minste wat zij kunnen
doen is een eigen wapenembargo instellen, zo mogelijk in samenspraak
met elkaar, en op Europees en VN-niveau blijven pleiten voor een
volledige stop op wapenexporten die de oorlog in Jemen gaande houden.